DE FAMILIE DE RIE
Wikipdia: in 1963 werd de Reclame Exploitatie Maatschappij (REM) gesticht. De voornaamste aandeelhouder was de Rotterdamse scheepsbouwer Cornelis Verolme. Andere aandeelhouders waren Reinder Zwolsman, Pieter Schelte Heerema, Sidney van den Bergh en de bank Teixeira de Mattos. De REM wilde commerciële radio- en televisie-uitzendingen verzorgen. Omdat de Nederlandse wetgeving dit niet toestond zouden de uitzendingen geschieden vanaf een locatie juist buiten de territoriale wateren (6 mijl uit de kust van Noordwijk).
Enfin, met zijn horecaopleiding en -ervaring had hij genoeg mogelijkheden om aan de wal een tweede leven te beginnen. Na de Konijnenbult in Vorden en de snackbars in Coevorden heeft hij 'van alles' gedaan. Hij werkte voor de politie en later voor Albert Heijn op het distributiecentrum. En nog steeds is hij actief. Als taxichauffeur rijdt hij onder andere met dove kinderen die het speciaal onderwijs in Zwolle bezoeken. Op die manier komt hij onder de mensen.
En dankzij al die avonturen zit hij vol verhalen.
Wat weet hij van Gijsbertus (G.J.A.) de Rie? Welnu, die komt uit Rotterdam. Althans daar is hij geboren. In in 1930 is getrouwd met Maria Helena Johanna Waelbers, wier vader een metaalfabriek(je) in Ruinerwold had. Na diens dood heeft Gijsbertus een poosje de metaalfabriek gerund tot zijn zwager oud en wijs genoeg was om het over te nemen. Die fabriek bestaat overigens nog steeds en draagt ook nog altijd de naam Metaalindustrie Waelbers B.V., gevestigd aan de Hoge Akkers, in 1921 opgericht als "Eerste Nederlandse Spatbordenfabriek".
In de tijd dat Frans nog thuis was, was Gijsbertus de chef van Vroom en Dreesman, aan het Koningsplein / Diezerstraat..
.Hij was een 'strenge maar rechtvaardige' man, met grote mensenkennis en veel sociale vaardigheden. "Een echte directeur", volgens Frans. De familie was zéér katholiek.
Van de volgende fase weet Frans eigenlijk geen details. Dat is de fase waarin pal na de bevrijding in mei 1945 G.J.A. de Rie benaderd wordt om aan het roer te gaan staan van de prompt stuurloze NV Klinkert en Co. De Duitse bazen verdwenen met de komst van de gealliëerden op slag, en de oorspronkelijke eigenaar én fungerend directeur Jan Klinkert en aanvankelijk trouwens ook broer Hendrik waren gearresteerd wegens vergaande collaboratie (waarvan Hendrik later werd vrijgesproken).
Onder leiding van De Rie is de productie van de lak- en verffabriek uit de Hertenstraat naar de fabriek in Wapenveld verhuisd?
Mij is niet duidelijk hoe het nu precies gegaan is. Is er nog sprake van een intermezzo waarin De Rie voor eigen rekening een eigen zaak heeft? Zie onderstaand excerpt van een Kamer van Koophandel dossier. Of was dit een 'lege' onderneming, opgericht in november 1945, die hij direct zou kunnen activeren als hij zonder werk zou komen. Mogelijk was hij er in november 1945 niet zeker van of hij ook voor de nieuwe eigenaar Smits en Co aan de slag zou kunnen.
In elk geval is hij later tot zijn plotselinge dood de leidinggevende directeur in Wapenveld onder de nieuwe eigenaar Smits en Co, terwijl hij in de Venestraat op nummer 20 blijft wonen.
Ik vond een krantenknipsel waarin De Rie deze fabriek ook werkelijk representeert bij het zoveel jaar bestaan van Smits en Co.
Frans weet bijna zeker dat De Rie en Klinkert na de oorlog elkaar niet opzochten, en zeker geen vriendschappelijke betrekkingen onderhielden. Zelf heeft hij de heer en mevrouw Klinkerrt dan ook nooit ontmoet. Hij weet nog wel hoe de familie het huis van de Klinkerts aantroffen. Frans beschrijft het pand als een vreugdeloos, sombere, donker negentiendeeeuws stofnest waar de tijd stilstond.
Om nog even terug te komen op Frans. Hij is voor de tweede keer getrouwd, heeft zelf nooit kinderen gekregen. 'Eigen' familie heeft hij niet. Met Marian met wie hij zo lief op de kinderfoto's staat is hij gebrouilleerd. De moeder die hem ooit gebaard heeft, heeft hij maar één keer gesproken: toen hij haar toestemming nodig had om te trouwen. Zij wilde zijn moeder niet zijn en hij wilde vervolgens ook haar kind niet zijn. Zijn levenslust zelfs nu hij ouder wordt, is er niet minder om.
Frans de Rie |
Eigenlijk woonde Han Jonker maar heel kort in de Venestraat,
voor de oorlog. Hij had ‘hotelschef’ als zijn beroep opgegeven en hij woonde in
op kamers bij de familie Pas op nummer 7, vlak vóór de oorlog. Hij had gevaren,
als hofmeester, en dat gaf een band, zo leek het. Maar het liep anders toen
Frans de Rie en Han elkaar tegen het lijf liepen bij hotel Konijnenbult in
Vorden, jaren later.
Han was daar
inderdaad ook hotelchef en Frans was er chef-kok. Frans verheugde zich in het
naastgelegen kasteel te gaan wonen. Frans als heuse kasteelheer!
Maar die twee
kregen onenigheid over de fooienpot en Frans voelde zich bestolen toen hem
duidelijk werd dat de kinderen van Jonker de fooien in hun spaarpot kregen, in
plaats van het personeel die de fooien als blijk voor hun dienstverlening had
ontvangen. Dat stond het
rechtvaardigheidsgevoel van Frans niet toe en hij pakte zijn biezen om een
eigen zaak, een snackbar later gecombineerd met een slijterij, te beginnen in
Coevorden.
Frans de Rie woonde als kind in de Zuiderkerkstraat op
nummer 26. Geboren op de drempel van de oorlog in maart 1940 in Leiden
herinnert hij zich uit zijn eerste jaren
vooral enkele dramatische oorlogsbeelden van indrukwekkend marcherende
soldaten en ook haarscherp de parachutisten in de Slag om Arnhem. Hij woonde
daar toen in de buurt.
Toen het gezin, met zus Marian, in 1955 naar Venestraat 20
verhuisde, naar het huis van Klinkert die tegelijkertijd omgekeerd naar Zuiderkerkstraat
26 verkaste, was Frans al bijna het huis uit. Hij bezocht de Ambachtsschool in
Deventer omdat de school aan de Hortensiastraat geen vakopleiding voor koks
had.
Frans memoreert ene Klaas Neerken uit Bellingwolde (?), die inwoonde bij de familie Bos op nummer 16. Was hij daarmee bevriend? Is deze Klaas dezelfde als de zoon van de dominee uit Dedemsvaart (over wiens gezin en dus ook over Klaas (1929) op het internet een beschrijving is te vinden met foto.) en die leraar klassieke talen werd en dus naar een gymnasium zal zijn schoolgegaan?
Amper geslaagd ging hij varen als koksjongen. Later klom hij op tot koksmaat, bakker/slager, kok en chef-kok. Hij maakte reizen naar vooral Zuid-Amerika, maar ook de Filippijnen.
Hij haalt een dramatisch moment aan boord op, in alle rust zittend op zijn kooi. Tot een maat hem komt roepen om bij "die ouwe" te komen. Uit zijn handen ontvangt hij het telegram dat Pa de Rie op 51-jarige leeftijd in zijn slaap is overleden. Hij had het aan zijn hart en was ongezond zwaarlijvig, maar dit had Frans niet zien aankomen en hij was er absoluut niet op voorbereid. Ver van een haven was het uitgesloten dat hij de begrafenis zou kunnen bijwonen.
Frans noemt zichzelf best wel niet zo'n mak schaap. Met zijn moeder kon hij het niet vinden, maar Pa de Rie was wel echt zijn Pa, nog.
Hij was een aangenomen kind en biologisch geen familie. Met zijn moeder en zus Marian had hij al gauw geen enkel contact meer. Des te begrijpelijker als je bedenkt dat hij grote zeereizen maakte.
Toevalligerwijs (?) was hij de laatste keer tussen twee reizen nog op een hol naar Zwolle gekomen. Het was een afscheid van zijn vader, bleek achteraf.
Frans memoreert ene Klaas Neerken uit Bellingwolde (?), die inwoonde bij de familie Bos op nummer 16. Was hij daarmee bevriend? Is deze Klaas dezelfde als de zoon van de dominee uit Dedemsvaart (over wiens gezin en dus ook over Klaas (1929) op het internet een beschrijving is te vinden met foto.) en die leraar klassieke talen werd en dus naar een gymnasium zal zijn schoolgegaan?
Amper geslaagd ging hij varen als koksjongen. Later klom hij op tot koksmaat, bakker/slager, kok en chef-kok. Hij maakte reizen naar vooral Zuid-Amerika, maar ook de Filippijnen.
Hij haalt een dramatisch moment aan boord op, in alle rust zittend op zijn kooi. Tot een maat hem komt roepen om bij "die ouwe" te komen. Uit zijn handen ontvangt hij het telegram dat Pa de Rie op 51-jarige leeftijd in zijn slaap is overleden. Hij had het aan zijn hart en was ongezond zwaarlijvig, maar dit had Frans niet zien aankomen en hij was er absoluut niet op voorbereid. Ver van een haven was het uitgesloten dat hij de begrafenis zou kunnen bijwonen.
Frans noemt zichzelf best wel niet zo'n mak schaap. Met zijn moeder kon hij het niet vinden, maar Pa de Rie was wel echt zijn Pa, nog.
Hij was een aangenomen kind en biologisch geen familie. Met zijn moeder en zus Marian had hij al gauw geen enkel contact meer. Des te begrijpelijker als je bedenkt dat hij grote zeereizen maakte.
Toevalligerwijs (?) was hij de laatste keer tussen twee reizen nog op een hol naar Zwolle gekomen. Het was een afscheid van zijn vader, bleek achteraf.
Hij haalt herinneringen op aan het Libertyschip waarmee hij naar Montevideo voer. Soms alleen met vracht, maar ook met half vracht en vijftig passagiers. Bijna tien jaar was hij zo onderweg. Ik moet toch nog eens vragen voor welke rederijen en op welke schepen hij voer. Nievelt en Goudriaan?
Toen hij verliefd werd en verkering kreeg, ging een nieuw leven aan de wal trekken. Maar eerst werd hij in een fraai verhaal in een zwarte limousine met chauffeur van huis gehaald en afgeleverd bij Verolme om even later -na het tekenen van een contract- afgezet te worden op het REM-eiland. Ook daar was hij de chef-kok. Die pret heeft maar een jaar (1964) geduurd, maar was de moeite waard. Hoe de autoriteiten het eiland enterden om de apparatuur het zwijgen op te leggen, vertelt Frans aanschouwelijk in een smeuïg verhaal.
de draadvleugelboot waarover Frans kon beschikken voor het transport met de wal en de bevoorrading |
Wikipdia: in 1963 werd de Reclame Exploitatie Maatschappij (REM) gesticht. De voornaamste aandeelhouder was de Rotterdamse scheepsbouwer Cornelis Verolme. Andere aandeelhouders waren Reinder Zwolsman, Pieter Schelte Heerema, Sidney van den Bergh en de bank Teixeira de Mattos. De REM wilde commerciële radio- en televisie-uitzendingen verzorgen. Omdat de Nederlandse wetgeving dit niet toestond zouden de uitzendingen geschieden vanaf een locatie juist buiten de territoriale wateren (6 mijl uit de kust van Noordwijk).
Die lange man achteraan is Frans als ik me niet vergis, onderdeel van de samengestroomde bemanning van het REM-eiland om de eerste uitzending TV Noordzee life bij te wonen. |
En dankzij al die avonturen zit hij vol verhalen.
Wat weet hij van Gijsbertus (G.J.A.) de Rie? Welnu, die komt uit Rotterdam. Althans daar is hij geboren. In in 1930 is getrouwd met Maria Helena Johanna Waelbers, wier vader een metaalfabriek(je) in Ruinerwold had. Na diens dood heeft Gijsbertus een poosje de metaalfabriek gerund tot zijn zwager oud en wijs genoeg was om het over te nemen. Die fabriek bestaat overigens nog steeds en draagt ook nog altijd de naam Metaalindustrie Waelbers B.V., gevestigd aan de Hoge Akkers, in 1921 opgericht als "Eerste Nederlandse Spatbordenfabriek".
In de tijd dat Frans nog thuis was, was Gijsbertus de chef van Vroom en Dreesman, aan het Koningsplein / Diezerstraat..
.Hij was een 'strenge maar rechtvaardige' man, met grote mensenkennis en veel sociale vaardigheden. "Een echte directeur", volgens Frans. De familie was zéér katholiek.
Van de volgende fase weet Frans eigenlijk geen details. Dat is de fase waarin pal na de bevrijding in mei 1945 G.J.A. de Rie benaderd wordt om aan het roer te gaan staan van de prompt stuurloze NV Klinkert en Co. De Duitse bazen verdwenen met de komst van de gealliëerden op slag, en de oorspronkelijke eigenaar én fungerend directeur Jan Klinkert en aanvankelijk trouwens ook broer Hendrik waren gearresteerd wegens vergaande collaboratie (waarvan Hendrik later werd vrijgesproken).
Onder leiding van De Rie is de productie van de lak- en verffabriek uit de Hertenstraat naar de fabriek in Wapenveld verhuisd?
Mij is niet duidelijk hoe het nu precies gegaan is. Is er nog sprake van een intermezzo waarin De Rie voor eigen rekening een eigen zaak heeft? Zie onderstaand excerpt van een Kamer van Koophandel dossier. Of was dit een 'lege' onderneming, opgericht in november 1945, die hij direct zou kunnen activeren als hij zonder werk zou komen. Mogelijk was hij er in november 1945 niet zeker van of hij ook voor de nieuwe eigenaar Smits en Co aan de slag zou kunnen.
In elk geval is hij later tot zijn plotselinge dood de leidinggevende directeur in Wapenveld onder de nieuwe eigenaar Smits en Co, terwijl hij in de Venestraat op nummer 20 blijft wonen.
met ingang van 22 mei 1945 wordt G.J.A. de Rie benoemd |
Ik vond een krantenknipsel waarin De Rie deze fabriek ook werkelijk representeert bij het zoveel jaar bestaan van Smits en Co.
Het Parool 5 november 1954 |
Frans weet bijna zeker dat De Rie en Klinkert na de oorlog elkaar niet opzochten, en zeker geen vriendschappelijke betrekkingen onderhielden. Zelf heeft hij de heer en mevrouw Klinkerrt dan ook nooit ontmoet. Hij weet nog wel hoe de familie het huis van de Klinkerts aantroffen. Frans beschrijft het pand als een vreugdeloos, sombere, donker negentiendeeeuws stofnest waar de tijd stilstond.
Om nog even terug te komen op Frans. Hij is voor de tweede keer getrouwd, heeft zelf nooit kinderen gekregen. 'Eigen' familie heeft hij niet. Met Marian met wie hij zo lief op de kinderfoto's staat is hij gebrouilleerd. De moeder die hem ooit gebaard heeft, heeft hij maar één keer gesproken: toen hij haar toestemming nodig had om te trouwen. Zij wilde zijn moeder niet zijn en hij wilde vervolgens ook haar kind niet zijn. Zijn levenslust zelfs nu hij ouder wordt, is er niet minder om.