J.P.G. THIEBOUT (1873 – 1941), stuurman, botenbouwer en
inspecteur
In de reeks opmerkelijke bewoners van de Venestraat de
tweede
Zeilen en zeiljachten, zij zijn mijn onderwerpen niet. Maar
het had gemakkelijk anders kunnen zijn, besef ik als ik Nederlandse Jachten
1875 -1975 (Elisabeth Spits, 2007) in handen krijg. Schitterende objecten waar
je dadelijk de intense toewijding van de botenbouwers en hun grote
deskundigheid en door de traditie gemunte ervaring aan afziet, in dit
overtuigende boek.
Met onder andere genoemd boek en het artikel van Thera Tromp
Meesters over de familie Thiebout in het Zwols Historisch Tijdschrift (2000)
als bronnen geef ik de volgende samenvatting van J.P.G.’s wortels.
De oorsprong van de familie Thiebout ligt in Frankrijk. Zij
waren Hugenoten die na 1685 in Nederland terecht kwamen. Carel Thiebout (1802 –
1870), de grootvader van J.P.G. verhuisde in 1825 naar Zwolle. Hij werd leraar later
rector aan de latijnse school. Zijn zoon
Johannes (1828 – 1903) werd eerst
advocaat en na een jaar of zes een soort van beroepsbestuurder (gemeenteraad,
wethouder, provinciale staten, polderbestuur Mastenbroek etc.). Hij liet een
riant huis bouwen aan het Klein Weezenland (nu van Royensingel) en “omringde
zich met schilders en musici”. Johannes trouwde in 1857 met Diderica Elisabeth
Post en hertrouwde na haar premature overlijden op haar 32ste met
Johanna Wenckebach, J.P.G’s moeder. J.P.G. was de jongste van de vier kinderen
uit dit huwelijk.
Thera Tromp Meesters vraagt zich af hoe deze Johannes zich
die overvloedige villa en bijbehorende levenswijze kon permitteren. Erfenissen,
denkt zij. Ik hoop het maar, want anders zou men moeten speculeren over zijn
openbare ambten als bron van weelde.
Met dat huis aan het Klein Weezenland maakte hij pas als
tweede (voor wat betreft de gefortuneerde burgerij) de sprong over de
stadsgracht. In het tuinbouwgebied rond de Tuinstraat en aan de uitvalswegen
stonden al wel huizen en huisjes van de werkende klasse. Achter Thiebouts huis
lag de “Lindenhof” die doorliep tot de Tuinstraat. Maar helaas, het Zwolse
stadsbestuur heeft een reputatie in het (doen) slopen van monumentale bebouwing
ten gunste van de quasi moderne kitsch. Zoöok in 1972 toen Thiebouts villa op
de hoek van de Zeven Alleetjes en de Van Royensingel moest wijiken voor de huiveringwekkende
en vergeefse uitbreiding van het kantoor van de daarna algauw overgenomen IJsselcentrale.
Enfin, J.P.G. is geboren in die villa en ging in Delft
scheepsbouw studeren. Heeft hij daarvoor of daarna aangemonsterd bij Smit &
Co? Hij heeft in elk geval voor deze rederij enkele jaren als stuurman gevaren,
rond 1900.
Maar hij is vooral bekend gerworden als botenbouwer. In
verschillende publicaties wordt de loftrompet gestoken over zijn wherries. Hij sticht met compagnon Baay
aan de Amstel zijn eigen werf (gemeente Ouder Amstel). Hij bouwt hier motorjachten
en schept op die manier “de ruimte om te experimenteren met nieuwe vormen
gebaseerd op bestaande scheepstypen.”
Hij is niet alleen actief op zijn eigen werf , want een Kampens
bedrijf noemt hem ook als samenwerkingspartner. Kampenaar Gerrit Albert Kroes is
in 1910 een bedrijfje begonnen aan de IJsselkade in het centrum van Kampen met
het vervaardigen van masten, blokken en pompen. Naast deze werkzaamheden werden
ook reparaties en onderhoud uitgevoerd aan wherries van de Kamper Roei- en
Zeilvereniging. Kroes maakte kennis met de jachtontwerper J.P.G Thiebout en
bouwde eind jaren 20 een aantal scheepjes in opdracht van hem.
.
Thiebout in zijn Eva. Voor zijn trouwen noemde hij zijn eigen boten steeds naar zijn moeder, Eva dus.
Het Maritiem Museum in Rotterdam is in het bezit van een
fotoboek dat zijn weduwe Frieda Wispelweij, die nog 15 jaar in de Venestraat
blijft wonen, aan het museum heeft nagelaten.
Het fotoboek Thiebout : Reproduktie van een fotoalbum
nagelaten door mevrouw F. Thiebout Wispelweij te Kampen. (schepenlijst, signatuur Gr-97-229, inventarisnr. 1997.4479, 37 pagina’s,
multomap, trefwoorden Thiebout, Amstel,
Werf De Amstel, Thiebout, wherry,
kano, zeiljacht, motorjacht,
giek (bijboot), sloep,
1908-1998). De “stukken betreffende J.P.G. Thiebout”worden bewaard door het
Scheepvaartmuseum onder het inventarisnummer H414.
Via de website www.maritiemdigitaal.nl
zijn de scheepvaartkundige antecedenten
van Thiebout gemakkelijk te achterhalen.
Jammer dat wij J.P.G. vasn nummer 8 niet meer in levende lijve kunnen tegenkomen.